In ons leven en werk beïnvloeden verborgen dynamieken en patronen ons. Die gaan geregeld generaties terug. De systemische benadering zoals wij die gebruiken bij Caleidos in Utrecht, bekend uit familieopstellingen en organisatieopstellingen, gaat uit van drie basisprincipes of ‘systemische wetten’. Deze wetten hebben altijd invloed op relaties, teams, en organisaties en kunnen ons helpen om situaties beter te begrijpen en balans te herstellen.
1. De Wet van Binding – Iedereen hoort erbij en heeft een plek
De eerste wet is de Wet van Binding, die stelt dat ieder lid van een systeem recht heeft op een plek. In een familie betekent dit dat elke persoon – of het nu een ouder, kind, of zelfs iemand die slechts kort deel uitmaakte van het systeem – een plek verdient. Wordt iemand buitengesloten of vergeten, dan ontstaan er vaak spanningen of zelfs herhalingspatronen in latere generaties. In organisaties geldt deze wet ook: medewerkers die vertrekken of collega’s die worden genegeerd, blijven vaak onbewust invloed uitoefenen.
Praktisch voorbeeld: Denk aan een medewerker die abrupt is vertrokken. Als diens bijdrage niet wordt erkend, kan dit een leegte achterlaten die collega’s onbewust kunnen blijven voelen. Door de rol en bijdragen te erkennen van degene die weg is gegaan, kan de organisatie die binding respecteren en het systeem weer in balans brengen.
2. De Wet van Ordening – Iedereen heeft een eigen plek volgens een rangorde
In elk systeem bestaat er een bepaalde ordening. Ouders komen bijvoorbeeld voor hun kinderen, en in organisaties hebben oprichters vaak een speciale plek. Zonder hen had de organisatie simpelweg niet bestaan namelijk. Deze volgorde of hiërarchie zorgt ervoor dat energie en verantwoordelijkheid op een natuurlijke manier door het systeem kunnen stromen. Problemen ontstaan wanneer de ordening wordt verstoord, bijvoorbeeld als een kind onbewust een ouderrol op zich neemt of een nieuwe medewerker in een organisatie direct een dominante rol claimt -en op de stoel van de directeur gaat zitten- zonder dat hij eerst de structuur en cultuur leert kennen.
Praktisch voorbeeld: In teams kan het erkennen van ervaring en expertise van collega’s bijdragen aan een harmonieus geheel. De wet van ordening helpt ons te begrijpen waarom een bepaalde balans nodig is en hoe we die balans kunnen behouden zonder de natuurlijke volgorde te verstoren.
3. De Wet van Balans – Evenwicht tussen geven en nemen
In elk systeem dient er een balans tussen geven en nemen te zijn. Deze balans is essentieel voor gezonde relaties. In families zie je dit vaak tussen ouders en kinderen: ouders geven meer aan hun kinderen dan ze ooit terugkrijgen, en kinderen geven dit op hun beurt weer door aan hun eigen kinderen. In werkrelaties is het belangrijk dat er een evenwicht is in waardering, erkenning en bijdragen. Wanneer er teveel wordt gegeven zonder dat dit wordt teruggegeven of erkend, ontstaan er vaak gevoelens van schuld of onvrede en kan het verloop in een organisatie toenemen. Erkenning van de bijdragen die medewerkers leveren en dat concreet maken (in de vorm van een gratificatie bijvoorbeeld) maakt dat mensen zich gezien voelen op hun plek en makkelijker willen blijven.
Praktisch voorbeeld: Als een teamlid zich altijd voor iedereen inzet maar hier weinig erkenning voor krijgt, kan hij of zij uiteindelijk gedemotiveerd raken. Door evenwicht in de relatie tussen geven en nemen te brengen, creëer je een duurzame samenwerking.
Waarom zijn die systemische wetten nu zo belangrijk?
Omdat het balans, rust en evenwicht geeft. Je kunt het simpelweg voelen als je bijvoorbeeld meeëet aan een gezinstafel waar die wetten worden nageleefd. In organisaties waar dit gedaan wordt is rust, helderheid en overzicht.
We kunnen hier nog veel meer over schrijven, maar het is inzichtelijker als je een keer meedoet aan een opstelling. Gewoon als deelnemer, je hoeft niet meteen een vraag in te brengen. Check onze agenda en schrijf je in! De eerstvolgende keren zijn woensdagavond 20 november en zaterdagmiddag 21 december. Voor een familieopstelling in Utrecht, goed te bereiken met openbaar vervoer en met de auto.